Sleutelbeenbreuk
Deze informatie is opgesteld door de afdeling(en) Spoedeisende Hulp.
Hoe gaat het onderzoek / de behandeling in zijn werk?
De behandeling is eenvoudig: door rust en oefenen geneest de breuk. U geeft uw schouder rust door het dragen van een mitella (draagdoek). Het is belangrijk dat u daarnaast gedoseerd oefent (zonder uw schouder te belasten).
Rust bevordert de genezing. Maar zodra het mogelijk is, mag en moet u oefenen (zie leefregels). Als u niet oefent, wordt de breuk niet gestimuleerd om te genezen en kan uw schouder stijf worden.
Door het dragen van een mitella, zorgt u voor voldoende rust voor een goede genezing. Als er een sterk afwijkende stand bestaat, wordt dit in de loop van de eerste week meestal minder. In het algemeen is na zes weken de breuk zo goed genezen dat u uw arm weer kunt gebruiken. Na genezing van de breuk kan een verdikking van het bot op de plek van de breuk zichtbaar blijven.
Welke specifieke nazorg kunnen wij bieden?
Nabehandeling
U krijgt een afspraak mee voor controle na ongeveer één week op de polikliniek Chirurgie. Tijdens deze controle beoordeelt de arts hoe het met het medisch herstel van uw sleutelbeen gaat en kunt u vragen stellen.
Waar moet u op letten na uw onderzoek/behandeling?
Aandachtpunten
Het is de bedoeling dat u met de tape gaat lopen op geleide van de pijn, waarbij u de afstanden rustig opbouwt. Het is daarbij belangrijk dat u stevige schoenen met veters draagt en een normaal looppatroon aanneemt. Het is niet de bedoeling dat u krukken gebruikt.
Wanneer u krukken gebruikt bij het lopen is de functie van de tape niet optimaal. Het herstel duurt daardoor langer.
De graad van het letsel bepaalt hoe snel u klachtenvrij kunt lopen. In de meeste gevallen kunt u na 1 week de dagelijkse werkzaamheden weer uitvoeren. Langdurig staan en lopen zijn dan nog niet mogelijk. Indien u overdag te veel aan beweging hebt gedaan, kunt u 's avonds een stekende pijn in de enkel krijgen. Leg uw voet dan hoog en neem zonodig een pijnstiller. Met hoogleggen bedoelen we de enkel hoger dan de knie en de knie hoger dan de heup.
Als de tape wordt aangelegd sluit deze precies om u enkel. Gedurende de dag wordt uw voet altijd wat dikker, hierdoor gaat de tape knellen en zult u meer pijnklachten krijgen. Dit kunt u voorkomen door niet langdurig stil te staan en met uw voet omhoog te gaan zitten. Lopen is geen probleem, door het lopen stimuleert u de circulatie in uw been en zal deze niet dik worden.
Het is belangrijk dat de tape goed droog blijft. Er bestaan speciale hoezen om het verband te beschermen tegen water. Voor meer informatie kunt u terecht op de gipskamer. Indien de tape toch nat geworden is, kunt u proberen deze droog te föhnen met een föhn op de koudste stand. Lukt dit niet dan dient u de tape te verwijderen en contact op te nemen met de gipskamer.
Als u natte tape laat zitten kunnen er huidproblemen ontstaan, waardoor een verdere behandeling met tape niet meer mogelijk is.
Soms ontstaan er huidproblemen zonder dat de tape nat is geworden. Bij huidproblemen kunt u denken aan: roodheid, jeuk, branderig gevoel, pijn en blaarvorming. Deze kunnen worden veroorzaakt door transpiratie van de voet of een allergie. Ook dan mag u de tape verwijderen en contact opnemen met de gipskamer.
Oefeningen
In deze folder treft u een drietal eenvoudige oefeningen aan. Deze oefeningen hebben tot doel om de beweeglijkheid van de enkel te bevorderen. Wij raden aan deze oefeningen meerdere keren op een dag te doen.
Oefening 1
U gaat rechtop staan met de voeten iets uit elkaar. Buig langzaam door de knieën tot het diepste punt. Hierbij moeten de hielen nog juist op de grond blijven. Let er op dat de billen boven de enkels blijven en u niet in de 'poep-houding' komt te staan.
Deze houding 10 seconden vasthouden.
Figuur 1
Oefening 2
U gaat in lichte spreidstand staan. Breng dan het lichaamsgewicht van het ene naar het andere been. U doet dit door het ene been te buigen en het andere te strekken. De hielen moeten aan de grond blijven.
Let ook hier op dat de billen boven de enkels blijven en niet naar achter gaan. Steeds 5 seconden in de buighouding op één been blijven staan.
Figuur 2
Oefening 3
U gaat op één been staan. Eerst het gezonde been, daarna op het been in de tape. Dit moet u net zo vaak oefenen totdat u dit per been ongeveer 20 seconden kunt volhouden. Hierna kunt u deze oefening met de ogen dicht doen. Dit is veel moeilijker.
Figuur 3
Contactgegevens van de betrokken poliklinieken
Bereikbaarheid
Bij vragen, klachten en voor informatie kunt u contact opnemen met de gipskamer.
Gipskamer: maandag t/m vrijdag tussen 8.00 en 16.30 uur.
Telefoonnummer: 071-5263038