Patiëntenfolder

Totale lichaamsbestraling (TBI)

Binnenkort ondergaat u een stamceltransplantatie. Als voorbereiding hierop wordt u behandeld met een zogenaamde ‘conditionering’. De conditionering bestaat in uw geval uit een combinatie van chemotherapie en totale lichaamsbestraling (TBI). In deze folder geven we u informatie over hoe een TBI in zijn werk gaat.

Deze informatie is opgesteld door de afdeling(en) Radiotherapie.

Onze zorg

Waarom doen we dit onderzoek/deze behandeling?

Het doel van deze conditionering is het doden van kwaadaardige of afwijkende bloedcellen om te voorkomen dat de ziekte later kan terugkeren. En daarnaast het onderdrukken van het afweersysteem (= immuunsysteem), om te voorkomen dat uw eigen afweercellen de toegediende stamcellen van de donor aanvallen.

Voorbereiding

Wat gaat er vooraf aan het onderzoek of de behandeling?

Ongeveer een week voordat de TBI plaatsvindt, heeft u een afspraak op de afdeling Radiotherapie (bestralingsafdeling) voor een kennismakingsgesprek met de radiotherapeut-oncoloog. Deze geeft u mondelinge informatie over de TBI. Na het gesprek zal ook de voorbereiding plaatsvinden. Tijdens deze voorbereiding worden twee CT-scans van het lichaam gemaakt, één in linker zijligging en één in rechter zijligging. Met behulp van deze scans wordt berekend hoe lang we u precies moeten bestralen om de gewenste bestralingsdosis toe te dienen en worden de afdekkingen voor de longen voor u op maat gemaakt. Tijdens deze voorbereiding voor een eenmalige TBI met hoge dosis wordt zowel op de borstkas als op de rug met behulp van een naaldje met inkt een klein tatoeagepuntje gezet. Als er gekozen is voor een TBI-schema met een lage dosis worden er geen CT-scans gemaakt maar worden er enkele metingen aan uw lichaam gedaan om de bestralingsdosis goed te kunnen berekenen.   

CT-scan

Hoe kunt u zich voorbereiden?

Aandachtspunten tijdens de bestraling 

  • Tijdens de bestraling moet het bovenlichaam ontbloot zijn om de tatoeagepuntjes te kunnen zien en de longafdekkingen goed neer te kunnen zetten. 
  • Graag kleding zonder metaal (ritssluitingen/knopen) dragen. 
  • Het kan koud zijn in de bestralingsruimte. Trek daarom bij voorkeur warme sokken en een warme broek aan. Als u dat wilt  kan er een deken over u heen gelegd worden. 
  • Neem sloffen of slippers mee om over te kunnen stappen van het bed naar de behandeltafel. 
  • Tijdens de bestraling bent u alleen.
  • Als u het prettig vindt, kan de radio worden aangezet in de bestralingsruimte. U mag géén oordopjes in tijdens de bestraling.
Het onderzoek / de behandeling

Hoe gaat het onderzoek / de behandeling in zijn werk?

Wat wordt bestraald bij een TBI?  

Bij een TBI wordt het gehele lichaam bestraald. Dit gebeurt met behulp van sterke röntgenstraling die uit het bestralingstoestel komen.  

Tijdens de bestraling ligt u op een bed op 4 meter afstand van het bestralingstoestel in zijligging. U wordt zowel vanaf de voorkant als vanaf de achterkant bestraald. Hiervoor ligt u tijdens de ene helft van de bestraling op de linkerzij en tijdens de andere helft op de rechterzij.  

Patiënt ligt op haar zij 

De longen worden tijdens de bestraling gedeeltelijk afgedekt en krijgen daardoor een lagere hoeveelheid straling dan de rest van het lichaam. Dit gebeurt met speciaal voor u op maat gemaakte afdekkingen.  

Deze afdekkingen worden op 2 meter afstand tussen u en het bestralingstoestel geplaatst. Zo verkleinen we de kans op schade aan de longen door de bestraling.    

Afdekkingen longen 

Ook de ogen willen we aan een lagere stralingsdosis blootstellen om bijwerkingen te voorkomen (bijvoorbeeld staar). Daarom worden tijdens de bestraling vanaf de voorkantafdekkingen van lood voor de ogen geplaatst. Bij bestraling vanaf de achterkant is het niet nodig de ogen af te dekken.  

Afdekkingen ogen 

Er bestaan ook andere TBI-schema’s met een lagere dosis, bijvoorbeeld als de bestraling bedoeld is als voorbehandeling voor een transplantatie met navelstrengbloed. Bij deze TBI hoeven geen afdekkingen voor longen en ogen gebruikt te worden, omdat de stralingsdosis per keer lager is.  

Afdekkingen ogen bij de patiënt 

Wat u kunt verwachten tijdens de TBI   

Op de dag dat de TBI gepland is, wordt u naar de bestralingsafdeling gebracht. De arts zorgt er samen met de laborant voor dat u in de juiste houding komt te liggen, als eerste op de linkerzij. De longafdekkingen worden halverwege tussen u en het bestralingstoestel op een beweegbare tafel geplaatst. Door het licht dat uit het toestel komt, worden de longafdekkingen als schaduwen op uw lichaam geprojecteerd. Met behulp van de tatoeagepuntjes op uw lichaam en door te voelen naar de sleutelbeenderen, ribben en het borstbeen wordt bepaald wat de juiste positie van de longafdekkingen is.  

Ook de loodafdekkingen voor de ogen worden op de juiste positie recht voor de ogen geplaatst met behulp van de schaduwen die zij geven. De positie van de longafdekkingen wordt gecontroleerd door middel van een foto door met behulp van de bestralingsbundel een afbeelding te maken op het paneel achter u. Met behulp van deze foto zal de arts bepalen of de longafdekkingen juist gepositioneerd zijn. Als het nodig is worden de afdekkingen nog iets verplaatst.  

Om te controleren of u in dezelfde houding blijft liggen worden de blokken ook op u aangetekend. Hiervoor komt de laborant kort na het begin van de bestraling even binnen. Mogelijk kan de laborant tijdens de bestraling nog een keer binnen komen om de ligging iets te corrigeren. Het blijft belangrijk dat u ook dan stil blijft liggen.  

De bestraling, zowel vanaf de voorkant als vanaf de achterkant, is per zijde verdeeld in ongeveer 9-10 gedeeltes. In totaal duurt de bestraling vanaf de voorkant ongeveer 20-25 minuten. Tijdens de bestraling maakt het bestralingstoestel af en toe geluid. Bij het overschakelen naar het volgende deel van de bestraling is het toestel even stil. Daarna draait u om naar de rechterzij en wordt de bovengenoemde procedure, afgezien van het plaatsen van de oogafdekkingen, herhaald. Ook de bestraling vanaf de achterkant duurt ongeveer 20-25 minuten. Tijdens de TBI bent u alleen in de bestralingsruimte. Het is belangrijk dat u stil blijft liggen. Met behulp van een camera wordt u vanuit de bedieningsruimte goed in de gaten gehouden. Mocht er een reden zijn om de bestraling te onderbreken, dan kunt u dit door middel van het opsteken van een hand kenbaar maken.  

Na afloop van de bestraling wordt u teruggebracht naar de verpleegafdeling Hematologie.  

NB. Krijgt u een TBI als voorbereiding voor een transplantatie met navelstrengbloed, dan zijn er geen afdekkingen nodig, omdat de bestralingsdosis per keer lager is. De informatie over de oog en longafdekkingen gelden dan niet voor u. De duur van deze bestraling is 3-4 minuten per zijde. 

Wat zijn de risico's, bijwerkingen of complicaties?

In de eerste 2-3 dagen na de bestraling kunnen de volgende bijwerkingen optreden:

  • Moeheid 
  • Hoofdpijn 
  • Misselijkheid en braken 
  • Pijnlijke speekselklieren 
  • Gevoelige slijmvliezen 
  • Diarree 
  • Temperatuursverhoging 
  • Droge huid

Deze bijwerkingen verdwijnen in het algemeen binnen enkele dagen daarna. Als u (één van) deze klachten ervaart, kunt u met uw arts of verpleegkundige van de afdeling Hematologie bespreken wat gedaan kan worden om de klachten te verminderen. 

Een ingrijpende bijwerking op lange termijn is onvruchtbaarheid door de chemotherapie en de TBI. Het is belangrijk om dit vooraf goed door te spreken met uw behandelend arts als u een kinderwens heeft of verwacht te krijgen in de toekomst.

Meer informatie

Contactgegevens van de betrokken poliklinieken

Heeft u vragen?  

Als u op enig moment vragen heeft over de behandeling, kunt u contact opnemen met de afdeling Radiotherapie.  

Telefoonnummer: 071-5263525